“Ren niet voor elk opvoedprobleem naar de dokter.” Dat zegt de Aaltense wethouder Joop Wikkerink namens een aantal gemeenten in Tubantia* tijdens een interview dat grotendeels gaat over de stijgende kosten binnen het Sociaal Domein. Hij heeft gelijk natuurlijk.
De vraag naar ‘zorg’ is bijna letterlijk oneindig. Maar ‘helpen’ doet het lang niet altijd. Sterker nog, dikwijls is het niet starten van een zorgtraject beter. Omdat zorg niet nodig is, omdat ingrijpen altijd ook een beetje schadelijk is, of omdat het antwoord ‘zorg’ helemaal niet past bij de vraag die er is.
Geconfronteerd met financiële tegenvallers proberen gemeenten grip te krijgen op de kosten. En dat valt nog niet mee. Wetgeving hindert soms. Omdat de verwijzer niet altijd verantwoordelijk is voor de kosten bijvoorbeeld. Of omdat aanbestedingsregels niet altijd helpend lijken. Proberen de vraagkant van de zorg af te remmen is onbegonnen werk.
Zoals gezegd is de vraag naar zorg in theorie oneindig. Aanbieders onder druk zetten door tarieven te verlagen is ook niet de oplossing. En snijden in regels en bureaucratie wil iedereen wel. Maar blijkt toch steeds lastiger dan gedacht. Vaak lijkt de roep om meer geld vanuit Den Haag de enige realistische oplossing voor gemeentelijke tekorten. Kan dat nou niet anders?
Jazeker kan dat anders.
En op verschillende plaatsen laat men ook zien dat betere zorg ook goedkopere zorg is. Door wie verantwoordelijk is voor de inhoud ook verantwoordelijk te maken voor de schaarste. Door hulpverleners daadwerkelijk hulp te laten verlenen in plaats van vooral over mensen te praten. Door eens heel goed te kijken naar het circus van casemanagers, klantcontactpersonen enzovoort, dat hier en daar is opgetuigd in de hoop grip te krijgen op kosten of om burgers de weg te wijzen door een veel te ingewikkelde door onszelf geschapen werkelijkheid. Door beleidsmakers alleen beleid te laten maken waar de uitvoering ook daadwerkelijk behoefte aan heeft. Door te standaardiseren wat geen maatwerk hoeft te zijn. Enzovoort enzovoort.
Meer weten? René Peters gaat graag met je in gesprek.
* het interview lees je hier.